Home

Museum De Lakenhal is sinds zijn oprichting in 1874 gevestigd in de monumentale 'Laecken-Halle' uit 1640. Hier werd het wereldberoemde Leids laken gekeurd en van een loodje voorzien. In de voorbije eeuwen heeft het gebouw vele transformaties ondergaan.

'Klooster Mariënpoel buijten Leijden', 1527
'Klooster Mariënpoel buijten Leijden', 1527 Erfgoed Leiden en Omstreken

8 mei 1639

Het stadsbestuur van Leiden besluit tot de bouw van een keurhal voor wollen lakense stof: de Laecken-Halle. Stadsbouwmeester Arent van ’s-Gravesande (ca. 1610-1662) krijgt de opdracht een classicistisch stadspaleis te ontwerpen. De hal moet de kwaliteit en internationale reputatie weerspiegelen van de stoffen die Leiden in de Gouden Eeuw zo rijk maken.

Arent van ’s-Gravesande (ca. 1610 - 1662)

Van ’s-Gravesande behoort tot de belangrijkste architecten van de Gouden Eeuw. Hij kreeg zijn opleiding van de bekende bouwmeester Jacob van Campen en werkte in de stijl van het Hollands classicisme. Van 1638 tot 1655 was Van ’s-Gravesande werkzaam als stadsarchitect in Leiden. Daar ontwierp hij onder meer de Marekerk en de Lakenhal.

Jan Antonisz. van Ravesteyn, de Haagse Magistraat in 1636 (detail: portret van 's-Gravesande)
Jan Antonisz. van Ravesteyn, de Haagse Magistraat in 1636 (detail: portret van 's-Gravesande) Haags Historisch Museum

8 augustus 1641

Officiële opening van de Laecken-Halle. Na keuring op de hal wordt aan goedgekeurde stoffen een loodje bevestigd dat garant staat voor de kwaliteit. Dit keurmerk zou in de komende eeuwen wereldwijd verspreid raken, wat betekent dat de Leidse lakens populair waren van Amerika tot in China.

Inden Jaere 1639 ende 1640 hebben de Heeren van den Gerechte de Laecken-Halle seer schoon ende cierlicken doen bouwen[…] Van binnen versien ende verdeelt met verscheyden plaetsen ende cameren.

De Leidse burgemeester en historieschrijver Jan Orlers (1570 - 1646) in 'Beschrijvinghe der stad Leyden (1641)

1820

Vanwege het verval van de textielnijverheid verliest de Laecken-Halle de functie van keurhal voor lakense stoffen en wordt in gebruik genomen als Halle van Manufacturen en cholerahospitaal.

1 - 4 oktober 1824

Eerste historische expositie van Nederland in het Leidse stadhuis, ter ere van het 250-jarig jubileum van Leidens Ontzet. Meer dan honderd objecten worden door particulieren uitgeleend aan de stad.

Mei 1867

De ‘Commissie voor de bewaring van voorwerpen, van waarde of belangrijk voor de oudheidkunde en de geschiedenis der kunst’ verzamelt de hier en daar verspreide schilderstukken, om die vervolgens in het vertrek der voormalige Weeskamer op de eerste verdieping in de oostelijke vleugel van het stadhuis samen te brengen.

28 december 1868

De gemeenteraad besluit ‘een gedeelte van het gebouw de Lakenhal aanvankelijk tot eene bewaarplaats of Museum van voorwerpen van oudheidkundige of andere kunstwaarde’ te bestemmen.

1869

Start van verbouwing tot stadsmuseum. Stadsarchitect J.W. Schaap krijgt de opdracht om een trappenhuis toe te voegen en om de tweede verdieping van de Lakenhal te verbouwen tot tentoonstellingsruimte. Andere vertrekken van de Lakenhal worden in de periode 1872-1874 bij het museum betrokken.

J.W. Schaap, 'Situatie van de Lakenhal of Stedelijk Museum, 1869'
J.W. Schaap, 'Situatie van de Lakenhal of Stedelijk Museum, 1869' Erfgoed Leiden en Omstreken

3 oktober 1872

Ter gelegenheid van de viering van Leidens Ontzet wordt de ruimte alvast eenmalig opengesteld voor het publiek. Er is een enorme aanloop – ruim 4000 bezoekers. Al snel wordt duidelijk dat het museum te klein is om de groeiende collectie te herbergen, de roodbruine wanden zijn van boven tot onder behangen met schilderijen en wapenborden. De vitrines staan propvol met bokalen, penningen, zegels en relieken die aan Leidens Beleg en Ontzet van 1574 en de Kruitramp van 1807 herinneren. De Gemeenteraad besluit dat ook de eerste verdieping van de Lakenhal beschikbaar moet komen.

1 mei 1874

Het hele gebouw van de Lakenhal wordt opengesteld als museum van ‘voorwerpen van oudheid- en geschiedkundige waarde’. Het publiek kan er dagelijks naar binnen, voor slechts 10 cent per persoon. Op zondag en tijdens de jaarlijkse herdenking van Leidens Ontzet op 3 oktober is de toegang gratis.

Rond 1880

Schilderijen die vooral worden bewaard en gepresenteerd vanwege hun historische verhaal en binding met de stad, worden steeds meer gewaardeerd als belangrijke kunstobjecten. De moderne kunststromingen vragen om meer ruimte dan het historische gebouw te bieden heeft.

20 mei 1890

Feestelijke opening van de nieuwe Harteveltzaal, met een tentoonstelling van moderne kunst, samengesteld door een commissie waarin de Leidse kunstenaars Floris Verster, Theodorus Ouwerkerk en Menso Kamerlingh Onnes zitting hebben.

1918

Het jaarverslag vermeldt dat het museum te kampen heeft met een dringend ruimtegebrek. Steeds duidelijker blijkt dat het monumentale gebouw niet voor een museumfunctie is ontworpen en dat het niet beantwoordt aan ‘de moderne eischen van museuminrichting’. In mei volgt een ‘vorstelijke schenking’ van dhr. C.P.D. Pape, ter nagedachtenis van zijn overleden broer mr. C.W.J.J. Pape. Daarmee is de ‘zoolang gewenschte uitbreiding verzekerd en wel op eene wijze, die de stoutste verwachtingen overtreft.’

5 april 1922

Feestelijke opening van de Pape-vleugel. Niet alleen is er veel meer tentoonstellingsruimte bijgekomen - het museum is bijna twee keer zo groot geworden - ook beschikt het museum nu over een zolder en kelder om collectiestukken op te slaan.

Artikel over de officiële opening van de Pape-vleugel in Panorama van 15 april 1922
Artikel over de officiële opening van de Pape-vleugel in Panorama van 15 april 1922 Erfgoed Leiden en Omstreken

2010

'Werk in Uitvoering' was de grootste tentoonstelling ooit voor Museum De Lakenhal: alle depots werden leeggehaald! Door de tentoonstellingszaal slingerde een 65 meter lange blauwe rollenband met daarop honderden gele kratten gevuld met zachte kussens, waarin museale voorwerpen lagen die langzaam voortbewogen konden worden. Museummedewerkers waren doorlopend aan het werk om de collectie in kaart te brengen, onder de ogen van het publiek. Stuk voor stuk werden collectiestukken bekeken, onderzocht, gefotografeerd en digitaal geregistreerd. Het resultaat? Museum De Lakenhal leerde haar eigen DNA kennen, dat is opgebouwd uit ongeveer 22.000 objecten. Met die opgedane kennis kunnen museum en medewerkers bogen op een stevige basis voor vernieuwende, verrassende tentoonstellingen en projecten.

Download de publicatie die verscheen bij het project Werk In Uitvoering (2010).

Werk In Uitvoering
Werk in Uitvoering (2010)
Werk in Uitvoering (2010) Museum De Lakenhal, Leiden

2016-2019 Restauratie en Uitbreiding

Sinds 1948 wordt gesproken over de noodzaak van de restauratie en uitbreiding van de monumentale ‘Laecken-Halle’ waarin het museum is gevestigd. In 2013 is duidelijk geworden dat de plannen voor een hoogwaardige restauratie van de historische panden, het verbeteren van de publieksruimtes en het creëren van meer ruimte voor de collectie en tentoonstellingen realiteit kunnen worden.