Stadsgezicht met wolwerkers, eerste helft 18de eeuw

Aan weerszijden op een houten vlonder in een brede gracht staan twee arbeiders die houten harken vasthouden. De linker man met muts op het hoofd hangt achterover en is bezig om een rieten mand met wol uit de gracht op te lichten. Hij is zijwaarts afgebeeld en naast hem staat een hoge korf met gewassen wol. De andere man heeft een hoed op en draagt een werkschort en is van voren te zien. Hij gebruikt de hark om wol in de mand te wassen. Tussen de twee mannen in is een jongen bezig wol met een stok in een houten kuip te roeren om de laatste resten vuil te verwijderen. Achter hem komt een man met een blauwgeverfd laken over zijn schouder juist door een poort gewandeld. Tegen de deur van het huis ernaast ligt een baal ruwe wol. In de gracht ligt een schuit met twee manden gekleurde wol. Midden in beeld, op de kade staat een kruiwagen. Rechts op het schilderij, voor het huis staat een stevig houten rek, destijds paard genoemd, waarover een donker laken hangt. Langs de gracht links loopt een man met een mand met gewassen wol, klaar om gesponnen te worden, op zijn schouder. Aan de andere zijde naast het hoekhuis staat nog een waskuip met stok. Door de open bovendeur zijn mensen in een werkplaats te zien.